Hier volgt een beschrijving van de dubbelrailschakelinstallatie in geheel gesloten uitvoering voor spanningen to 30 KV.
Inleiding:
Een dubbelrailschakelinstallatie, welke in principe dezelfde onderdelen al de enkelrailinstallatie bevat, is een complete geprefabriceerde schakelaanleg, bestaande uit twee gescheiden doorlopende plaatstalen railkokers, waarop de plaatstalen compartimenten voor de verschillende velden zin gemonteerd.
Iedere railkoker bevat een 3-polig met coqolite bekleed railsysteem onder olie en is aan één uiteinde voorzien van een railaardingscompartiment, dat tevens als expansievat dienst doet.
Ieder veld bestaat uit een compartiment, waarin zich het actieve gedeelte bevindt, dat in stroomloze toestand doch onder spanning kan worden uitgehesen.
Latere uitbreiding van het aantal velden, welk aan beide zijden van de installatie mogelijk is, kan geschieden zonder bedrijfsonderbreking van de bestaande velden, door de twee railsystemen beurtelings uit bedrijf te nemen en uit te breiden.
Langs de schakelinstallatie is over de gehele lengte een aardrail met aardklemmen bevestigd.
De verschillende gedeelten van de installatie worden hieronder omschreven.
Railkokers (zie fig. 1).
In iedere railkoker bevindt zich, zoals reeds eerde genomend, een 3-polig met coqolite bekleed railsysteem. De railsystemen lopen over de gehele lengte van één installatie door. In de railkoker bevindt zich voor ieder veld het onderste gedeelte van de 3-polige, met coqolite geisoleerde railscheidingsschakelaar. Via schakelstiften kan deze schakelaar met het betreffende railsysteem verbonden worden.
Daar de railkokers met olie gevuld zijn, bevindt zich bij grote installaties aan de ene zijde van de railkoker een expansievat en aan de andere zijde het railaardingscompartiment. Bij kleine installaties doet het railaardingscompartiment tevens als expansievat dienst.
Compartimenten met kabeleindsluitingen (zie fig. 1).
Een compartiment bestaat uit twee gescheiden ruimten. Het ene bevat de railscheidingsschakelaars en het andere een vermogens- of een lastscheidingsschakelaar.
De railscheidingsschakelaars zijn via horizontale oliedichte doorvoerisolatoren met de vermogensschakelaar verbonden. De horizontale doorvoerisolatoren bevatten ter plaatse van de lastscheidingsschakelaar verticale pencontacten, die omgeven zijn door schermkokers van coqolite.
Boven de railschiedingsschakelaar bevindt zich de aandrijving beschermd door een kap. Onder tegen de compartimenten, waarin de vermogens- of lastschakelaars zijn geplaatst, zijn de bijbehorende kabeleindsluitingen door middel van doorvoerisolatoren oliedicht gemonteerd. Deze isolatoren hebben aan de bovenzijde pencontacten en aan de onderzijde speciale aansluitvlakken met stalen bouten voor het vastzetten van de kabelschoenen. Voor de uitvoering van de driefasige grondkabel is een conische soldeertrechter aangebracht, die naar gelang van het type kabel op een grotere diameter kan worden afgezaagd. Tussen de kabelaansluitingen en de compartimenten kunnen op bestelling zo nodig neonlampjes ter controle van de kabelspanning worden aangebracht. Op de compartimenten zijn de aansluitkasten voor de secundiare bedrading gemonteerd.
Bij deze beschrijving wordt het gebruik en de samenstelling van de vermogens- en de lastscheidingsschakelaar, de doorvoerverbinding en het meetveld als bekend verondersteld.
Samengevat geldt het volgende:
- De automatische driepolige vermogensschakelaar, handbediend en indien gewenst tevens van motoraandrijving voorzien, werkt met moment in- en uitschakeling en vrijloopkoppeling.
- De niet-automatische driepolige lastscheidingsschakelaar, geschikt voor het afschakelen van de nominale stroom en het inschakelen op kortsluiting, handbediend, werkt met moment in- en uitschakeling.
- Bovengenoemde karakteristieke elementen zijn onder spanning doch stroomloos uithijsbaar.
- In een veld zijn voor dezelfde nominale stroomsterkte de vermogens- en de lastscheidingsschakelaar onderling uitwisselbaar. De schakelaars sluiten de tulpcontacten op de in de beschrijving genoemde penconcacten aan.
- Het meetveld kan naar keuze maximaal twee éénfase of één driefasen spanningstransformator bevatten. Deze transformatoren zijn onder spanning uithijsbaar en beveiligd door hoogspanningssmeltveiligheden.
- Bij het dubbelrailsysteem staan de twee meetvelden ruggelings opgesteld. (zie fig. 3). Ieder railsysteem is door middel van tulp- en pencontacten via de hoogspanningssmeltveiligheden op de overeenkomstige spanningstransformator aangesloten.
Om een overzicht van de verschillende mogelijkheden inzake het dubbelrailsysteem te hebben wordt een voor dit doel gedachte installatie nader toegelicht.
Dubbelrail-schakelinstallatie volgens fig. 2:
De schakelinstallatie bestaat, gezien tegen de zijde der scheidingschakelaaraandrijvingen, van links naar rechts uit de volgende velden:
- Meetveld (fig. 3):
De compartimenten voor de twee bij de railsystemen behorende driefasen transformatoren staan ruggelings opgesteld, zoals uit de figuur te zien is. - Kabelveld (fig. 1):
Aan de hand van het voorgaande en gelet op de figuur spreekt dat veld voor zichzelf. Afhankelijk van de grootte van het te bestellen type kunnen één of meer stroomtransformatoren per fase geplaatst worden. Naar keuze kan, zoals reeds eerde opgemerkt, een vermogens- of een lastscheidingsschakelaar geplaatst worden. - Koppelveld (fig. 4):
Dit veld, dat dient om de beide railsystemen aan elkaar te kunnen koppelen, bevat 2 in plaats van 1 stel doorvoerisolatoren voor doorverbinding van de railscheidingschakelaars met de de vermogensschakelaar. De railscheidingschakelaars hebben dus verder hun eigen doorvoerisolatoren.
De ene railscheidingschakelaar is verbonden met de andere met de korte kolommen.
De koppelschakelaar is 180° van positie gedraaid in vergelijk met de normale kabelvelden. - Kabelveld met spanningsmeting (fig. 5, Generatorveld):
De in figuur 5 aangegeven combinatie van het kabelveld met het meetveld dient om de spanning in plaats van aan de railzijde aan de kabelzijde van het veld te kunnen meten. Het kabelveld is in principe een normaal veld, maar bevat extra een driefasige verbinding naar het meetveld. De verbindingen zijn enerzijds aangesloten op de doorvoerisolatoren van de kabeleindsluiting en anderzijds op de drie verticale steunisolatoren van het meetveld.
Deze isolatoren bevatten de normale pencontacten, waarop de hoogspanningssmeltveiligheden met tulpcontacten aansluiten. Echter lopen in dit geval de isolatoren niet door het railsysteem. - Aftakveld (fig. 6):
Het aftakveld, dat gebruikt kan worden om de dubbelrailinstallatie met andere installaties te verbinden, bestaat uit twee ruggelings geplaatste compartimenten.
Opmerkingen:
Terwille van de eenvoud zijn defiguren getekend voor schakelaars met handbediening.
Al naar keuze kunnen de bedieningshandles van de vermogensschakelaars zodanig geplaatst worden, dat bediening hetzij aan de zijde van de railscheidingschakelaars, hetzij aan de tegenovergestelde zijde kan plaatsvinden.
Doorsnede van een Coq batterij:
De bijbehorende figuren: